Nationaal Park De Hoge Veluwe kent bijna iedereen. Is het niet uit eigen ervaring dan wel van foto’s of horen zeggen. Misschien is het wel vanwege de centrale ligging, dat dit nationale park zo geliefd is bij veel Nederlanders. Maar er zijn meer unieke natuurgebieden in ons eigen land die het roemen waard zijn. Maar liefst 20 natuurgebieden zijn uitgeroepen tot nationale parken! Beheerders en zogenoemde gastheren zien er samen op toe, dat deze Nederlandse natuurjuweeltjes, die samen 120.000 hectare beslaan, behouden blijven. In dit blog geven we je onze top 3 van de ‘verborgen parels’ van Nederland, juist omdat ze zo vaak onderbelicht blijven. Deze parken lenen zich uitstekend voor een interessante ontdekkingstocht. Gevulde picknickmand, gekoelde fles wijn bij de hand, onbetreden paden en romantische plaatjes; wat wil je nog meer?
1. De Utrechtse Heuvelrug – bos- en heuvelrijk hart van Nederland
Ons land heeft een bosrijk hart. In het midden van ons land loopt een hoge zandrug van de Grebbeberg bij Rhenen tot aan het Gooimeer bij Huizen. Deze Utrechtse Heuvelrug bestaat voornamelijk uit bossen en heidevelden en vormt een mooi contrast met de omliggende velden. Het zuidelijke deel van de stuwwal, maar ook de uiterwaarden van Amerongen behoren tot het Nationaal Park De Utrechtse Heuvelrug. Wandelen en fietsen over de stuwwal, door de bossen, over heidevelden en langs kastelen en landgoederen; dat is het werkelijke ‘hart van Nederland’ horen kloppen! Onlangs is er een leuke nieuwe fietsroute geïntroduceerd op de Utrechtse Heuvelrug: het Let de Stigter-fietspad. Ben jij een echte natuur- en fietsliefhebber? Dan kun je met deze route echt dicht bij de beschermde natuur komen. Het fietspad, dat van oost naar west over de rug van het nationaal park voert, is aangesloten op het fietsknooppuntensysteem. Wil jij vooral in alle rust genieten van de meest weidse uitzichten? Denk dan aan het beklimmen van de uitkijktoren in de Kaapse Bossen bij Doorn of het bestijgen van de Amerongse Berg, het hoogste punt van de Utrechtse Heuvelrug. Het bezoekerscentrum van dit nationale park, De Boswerf, vind je midden in het Zeisterbos.
2. De Biesbosch – grootste zoetwatergetijdengebied van Europa
Met kleine kreekjes, wilgenvloedbossen, moerassig land, riviereilanden, veel riet en diverse polders is het waterrijke Nationaal Park De Biesbosch een ware natuurparel van eigen bodem, gelegen tussen de rivieren Boven-Merwede en Amer in de Nederlandse provincies Noord-Brabant en Zuid-Holland. Het meest westelijke deel van het nationale park, aangeduid met ‘Hollandse Biesbosch’, herbergt de grootste rijkdom aan vogels. Broedvogels, zoals de aalscholver, de roerdomp, de ijsvogel en de zeearend, zijn vanuit de verschillende kijkhutten uitstekend te spotten. Houd je van vissen, dan kun je hier ook uren zoet zijn. Vissoorten die in De Biesbosch veel voorkomen zijn paling, baars, karper, snoek, driedoornige stekelbaars en roofblei. De bever en De Biesbosch zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden; dat zul je merken tijdens speciale bevertochten, die via Staatsbosbeheer te volgen zijn. De boswachter die meevaart, wijst je vanuit een fluisterbootje op de bijzondere dammen, glijbaantjes en vraatsporen van dit constructieve knaagdiertje. Wil je je echt één voelen met dit enigszins ruige landschap? Huur dan een kano en begeef je in de ‘Nederlandse jungle’. Vergeet niet onderweg ergens aan te meren voor een zalige picknick tussen het groen. De infocentra van De Biesbosch – de zogenaamde hoofdpoorten – bevinden zich in Dordrecht, Werkendam en Drimmelen.
3. Drentsche Aa – uniek beekdallandschap in West-Europa
Wil je een eeuwenoud landschap bewonderen, waar de mens nog niet of nauwelijks ingegrepen heeft? Dan moet je een van de Drentse nationale parken bewonderen, dicht bij de grens met Groningen. Het Nationaal beek- en esdorpenlandschap Drentsche Aa is een bijzonder nationaal park, aangezien het hier niet louter een natuurgebied betreft. Er bevinden zich namelijk 21 dorpen en gehuchten in het park en het land bestaat voor een aanzienlijk deel uit landbouwgrond. De belangrijkste ader door dit gebied is de beek de Drentsche Aa, die dit prachtige landschap door de eeuwen heen vormde. Het riviertje mocht zijn eigen loop krijgen, al kronkelend en draaiend door het Drentse land. Dat wandelen en fietsen hier populaire bezigheden zijn, staat buiten kijf. Maar wist je, dat je als fervent paardrijder ook goed uit de hoeven kunt langs de Drentsche Aa? Er lopen meerdere men- en ruiterroutes door het beekdallandschap, veelal zandweggetjes die zich uitstekend lenen voor romantische zwerftochten. Diverse ‘gastheren’ van het Nationaal Park Drentsche Aa kom je tijdens je struintochtjes tegen; ze laten je kennismaken met de smaak van de streek. Wat dacht je van Drentse vruchtensappen of een blauwschimmelkaas van rauwe geitenmelk? In Rolde, Anloo, Deurze en Wedbroeken bij Tynaarlo bevinden zich de vier toegangspoorten met grote parkeerplaatsen.